AA06.007 Sponsoring prijs
Op 5 mei 2006 is het volgende advies (A06.007) gegeven.
1. Het verzoek van de aanvrager (A):
A sponsort jaarlijks de Nederlandse Vereniging van medisch specialisten voor x-ziekten (X) door een bedrag van € 5.000 ter beschikking te stellen ten behoeve van de toekenning van de A x-prijs aan een of meer medisch specialisten die een substantiële bijdrage hebben geleverd aan de kwaliteit van de x-geneeskundige zorg. De prijs wordt jaarlijks door X uitgereikt. Als tegenprestatie dient de naam van A aan de prijs te worden verbonden. Aan het bestedingsdoel van de prijs zijn geen nadere voorwaarden verbonden.
De jury bestaat uit vijf praktiserende medisch specialisten die lid zijn van X. Nieuwe leden van de jury worden door de jury zelf aangetrokken. De juryleden ontvangen van A een onkostenvergoeding.
A verzoekt de Codecommissie te adviseren of het sponsoren door A van de x-prijs is geoorloofd op grond van de Gedragscode Geneesmiddelenreclame (“Gedragscode”). A verzoekt in de beoordeling te betrekken de varianten dat de prijs wordt uitgereikt aan een individuele beroepsbeoefenaar en dat de prijs aan een collectief (maatschap/afdeling) wordt uitgereikt.
2. Het oordeel van de Codecommissie:
De artikelen 17 tot en met 22 van de Gedragscode bevatten bepalingen ten aanzien van door vergunninghouders aan beroepsbeoefenaren verstrekte premies, geschenken en andere voordelen, ook wel gunstbetoon genoemd. Uit artikel 18, in combinatie met artikel 21, valt te lezen dat vergunninghouders zich met betrekking tot beroepsbeoefenaren dienen te onthouden van het aanbieden of in het vooruitzicht stellen van geschenken, andere premies of voordelen in geld of natura, tenzij deze een geringe waarde hebben en tevens van betekenis zijn voor de uitoefening van de geneeskunde of farmacie. Het begrip “geringe waarde” duidt op iets dat bescheiden in omvang is.
Uit de Toelichting op de Uitwerking normen gunstbetoon artikelen 12 en 13, 16 t/m 22 Gedragscode Geneesmiddelenreclame volgt dat de ratio van de regelgeving ten aanzien van gunstbetoon is dat deze er voor moet zorgen dat de geneesmiddelenvoorschrijver of –afleveraar een rationeel voorschrijf- en aflevergedrag vertoont en daarin niet op onwenselijke wijze wordt beïnvloed. Uitgangspunt daarbij is dat de patiënt/consument moet kunnen rekenen op een objectieve voorlichting over en een integere keuze voor een bepaald geneesmiddel. De Codecommissie leidt hier uit af dat daar waar van onwenselijke beïnvloeding van het rationeel voorschrijf- en aflevergedrag geen sprake is, toepassing van de in de Gedragscode Geneesmiddelenreclame opgenomen bepalingen omtrent gunstbetoon achterwege kan blijven.
Om bij sponsoring van aan beroepsbeoefenaren uit te reiken prijzen onwenselijke beïnvloeding van het rationele voorschrijf- en aflevergedrag te vermijden zal er naar het oordeel van de Codecommissie in elk geval aan de volgende voorwaarden moeten worden voldaan:
– de vergunninghouder mag het in het kader van de uit te reiken prijs toe te kennen bedrag uitsluitend ter beschikking stellen aan een collectief van beroepsbeoefenaren;
– de vergunninghouder mag aan de terbeschikkingstelling van het geldbedrag voor de uitreiking van de prijs geen andere voorwaarden verbinden dan het verbinden van de naam van de vergunninghouder aan de naam van de prijs;
– de prijs wordt toegekend door een door het collectief van beroepsbeoefenaren benoemde onafhankelijke jury, waarvan de leden geen binding hebben met de vergunninghouder die het voor de prijs benodigde geld ter beschikking stelt en die zelf in haar opvolging voorziet;
– de nominatie van kandidaten voor het ontvangen van de prijs, de beoordeling van de relevante prestaties van de kandidaten en de toekenning van de prijs geschiedt door de hiervoor bedoelde jury zonder dat de vergunninghouder-sponsor enige invloed daarop uitoefent dan wel kan uitoefenen; en
– de prijs dient slechts te worden toegekend voor prestaties die van betekenis zijn voor de uitoefening van de geneeskunde of de farmacie.
Naar het oordeel van de Codecommissie lijkt er in het onderhavige geval aan bovenstaande voorwaarden te zijn voldaan. Het voor de prijs bestemde geldbedrag wordt verstrekt aan een collectief van beroepsbeoefenaren, te weten de X, die voor de toekenning van de prijs een onafhankelijke jury heeft ingesteld die zelf in haar opvolging voorziet. Aan het ter beschikking stellen van het geldbedrag wordt door A is geen andere eis gesteld dan dat haar naam aan de prijs wordt verbonden. De nominatie van kandidaten voor het ontvangen van de prijs, de beoordeling van de relevante prestaties van de kandidaten en de toekenning van de prijs geschiedt door de hiervoor bedoelde jury. Vooralsnog heeft de Codecommissie geen grond aan te nemen dat A daarop enige invloed zou kunnen uitoefenen of dat de leden van de jury enige binding met A hebben. Tenslotte zijn de prestaties waarvoor de prijs wordt uitgereikt van betekenis voor de uitoefening van de geneeskunde. Dit betekent dat de door A beoogde sponsoring naar het voorlopig oordeel van de Codecommissie geen onwenselijke beïnvloeding van het rationele voorschrijf- en aflevergedrag tot gevolg zal hebben en dat toepassing van de in de Gedragscode Geneesmiddelenreclame opgenomen bepalingen omtrent gunstbetoon achterwege kan blijven.
Voor de beoordeling van het onderhavige verzoek maakt het geen verschil of de prijs zelf aan een individuele beroepsbeoefenaar dan wel aan een collectief van beroepsbeoefenaren wordt uitgereikt.
Concluderend kan de Codecommissie positief adviseren.
3. Kosten:
De Codecommissie bepaalt dat de aan deze adviesaanvraag verbonden kosten aan A separaat in rekening zullen worden gebracht.
ID:
AA06.007
Onderwerp(en):
Geschenken, Wetenschappelijke prijzen
Type beoordeling:
Advies
Uitspraak:
Positief
Instantie:
Keuringsraad
Datum uitspraak:
05-05-2006