AA11.042 Bijeenkomst in Praag

ADVIES (A11.042) van de Codecommissie op het verzoek van [X], mede namens [A, B, C en D], van 3 mei 2011, door de Commissie ontvangen op 4 mei 2011, op de voet van artikel 59 van het Reglement van de Codecommissie en de Commissie van Beroep van de Stichting Code Geneesmiddelenreclame, uitgebracht door de voorzitter van de Codecommissie.

1. Het verzoek van [X] [In 2011] vindt in Praag, Tsjechië, het [congres E] plaats. Daaraan zullen ongeveer 75 Nederlandse beroepsbeoefenaren deelnemen. [X] en de vergunninghouders namens wie zij onderstaand verzoek aan CGR heeft gericht hebben het voornemen op de eerste dag, na afloop van het wetenschappelijk gedeelte van het congres van die dag een “Hollandse Avond” te organiseren.
De “Hollandse Avond” bestaat uit een diner met afsluitende borrel in de Staropramen Brouwerij in Praag. Blijkens de uitnodiging aan de beroepsbeoefenaren is het doel van die bijeenkomst de wens van de vergunninghouders om met de beroepsbeoefenaren van gedachten te wisselen over de meest recente ontwikkelingen binnen [vakgebied F]. Aan deze bijeenkomst is geen wetenschappelijk programma verbonden.
De kosten voor het diner en de borrel bedragen € 62,35 per deelnemer.
De vergunninghouders willen aan de beroepsbeoefenaren op die avond gastvrijheid verlenen door van die kosten 50% voor hun rekening te nemen, derhalve € 31,17.

[X] verzoekt CGR haar en de andere deelnemende vergunninghouders te adviseren over de toelaatbaarheid van dit gunstbetoon.

2. De beoordeling door de Commissie

Ingevolge artikel 12 van de Gedragscode Geneesmiddelenreclame dragen vergunninghouders er zorg voor dat bij het verlenen van gastvrijheid aan beroepsbeoefenaren in het kader van samenkomsten de gastvrijheid binnen redelijke grenzen blijft en ondergeschikt is aan het met de samenkomst beoogde doel. In de Uitwerking Normen Gunstbetoon artikelen 12 en 13, 16 t/m 22 Gedragscode Geneesmiddelenreclame, hierna ook Uitwerking Normen Gunstbetoon, wordt hierbij een onderscheid gemaakt tussen wetenschappelijke bijeenkomsten en overige bijeenkomsten.

Vaststaat dat aan de ”Hollandse Avond”, anders dan het geval was met de bijeenkomst waarover is geadviseerd in A10.048, geen wetenschappelijk programma is verbonden.
De reden daarvoor is dat uit de evaluatie van die bijeenkomst is gebleken dat de deelnemers na een hele dag congresseren geen puf meer hadden voor het bijwonen van een wetenschappelijk programma in de avonduren. Daarmee staat vast dat de Hollandse Avond zelf – in tegenstelling tot het advies A10.048 – geen wetenschappelijke bijeenkomst is en daarmee de voorgenomen gastvrijheid niet kan berusten op artikel 12 van de Code in samenhang met artikelen 6a, 7 en 8 van de Uitwerking Normen Gunstbetoon.

De vraag die vervolgens dient te worden beantwoord is of het voorgenomen evenement toelaatbaar is op grond van artikel 12 van de Code in samenhang met de artikelen 6b en 9 van de Normen Uitwerking Gunstbetoon.
Daartoe dient eerst de vraag te worden beantwoord of een diner, waaraan geen enkel programma is verbonden en dat “slechts” wordt georganiseerd vanuit de behoefte van vergunninghouders om met beroepsbeoefenaren over een thema van gedachten te wisselen, kan worden beschouwd als een samenkomst als bedoeld in artikel 6b van de Uitwerking Normen Gunstbetoon.

Dat is volgens de Commissie niet het geval.

Weliswaar lijkt uit de definitie van artikel 6b voort te vloeien dat iedere bijeenkomst die niet een wetenschappelijke bijeenkomst is “een overige bijeenkomst”(manifestatie is), maar een zo ruime uitleg van die bepaling komt niet overeen met de strekking van de in de Code opgenomen spelregels. Voor enige vorm van gunstbetoon is slechts plaats indien de verlening daarvan in het belang is van de volksgezondheid. Niet kan worden gezegd dat het enkele feit dat een aantal beroepsbeoefenaren bij elkaar komt per definitie dienstbaar is aan de volksgezondheid. Er zal dus een doel van die bijeenkomst moeten zijn waaruit het belang voor de volksgezondheid blijkt. Nu aan de thans te beoordelen bijeenkomst geen programma is verbonden en er alleen wordt gedineerd en geborreld, is de wens van de vergunninghouders om, kennelijk op incidentele basis, met deze of gene beroepsbeoefenaar die daar aan tafel of aan de bar voor openstaat van gedachten te wisselen over de ontwikkelingen binnen [vakgebied F] onvoldoende om te kunnen spreken van een bijeenkomst als bedoeld in de artikelen 6b en 9 van de Normen Uitwerking Gunstbetoon.

Vervolgvraag is of de Hollandse Avond kan worden gekwalificeerd als het verlenen van gastvrijheid in relatie tot het wetenschappelijke [congres E]. Op basis van de overgelegde informatie concludeert de Commissie dat hiervan geen sprake is. De Hollandse Avond vindt plaats in een brouwerij in Praag die bekend staat als een toeristische attractie. Daarmee moet de Hollandse Avond worden gezien als een vorm van vrijetijdsbesteding na afloop van de congresdag en aan een bijdrage aan de daarmee gemoeide kosten door vergunninghouders staat blijkens de toelichting onder 7.4 van de UNG artikel B.5 onder c. in de weg.

Het advies moet daarom negatief zijn.

Het is de Commissie overigens opgevallen dat in de uitnodiging die verzoekers aan de beoogde deelnemers zullen zenden geen sprake is van een eigen bijdrage van de beroepsbeoefenaren.

3. De kosten

De Codecommissie bepaalt dat de aan deze adviesaanvraag verbonden kosten separaat aan verzoekster in rekening zullen worden gebracht.
Aldus gedaan te Gouda op 31 mei 2011 door mr. J.A.J. Peeters, voorzitter.

ID:

AA11.042

Onderwerp(en):

Samenkomsten in buitenland

Type beoordeling:

Advies

Uitspraak:

Negatief

Instantie:

Codecommissie

Datum uitspraak:

31-05-2011

Print deze uitspraak