AA08.099 Sponsoring
Op 22 januari 2009 is het volgende advies (A08.099) gegeven.
1. Het verzoek:
Vereniging X, verder (ook) als verzoekster aan te duiden, heeft als doelstellingen ten eerste het bevorderen van diagnostiek en behandeling van (moeilijk) behandelbare patiënten met ziekte Y, voorts het opzetten van een gezamenlijke database ten behoeve van geprotocolliseerde behandeling en wetenschappelijk onderzoek, verder educatie aan medische professionals en tenslotte het geven van lezingen ten behoeve van de Nederlandse Vereniging van Y-patiënten.
Deze doelstellingen worden ondersteund door het bureau van de Vereniging. Dit geeft secretariële ondersteuning, het houdt het ledenbestand bij en organiseert twee ledenvergaderingen per jaar, verder bevordert het de werving van sponsors, stelt het een begroting op, begeleidt het commissies binnen de vereniging en draagt het zorg voor de publiciteit. Er is door verzoekster een website opgezet met o.a. informatie voor patiënten, een interactief artsenspreekuur en een tweewekelijks magazine. Elke twee jaar organiseert verzoekster een symposium voor haar leden en voor de mensen die werkzaam zijn in de Y-zorg, gericht op verbetering van kennis en vaardigheden met betrekking tot die zorg.
De afgelopen jaren heeft de vereniging van verschillende farmaceutische bedrijven steeds een bedrag van in totaal € 37.500,– per jaar aan sponsoring ontvangen. Daarnaast ontvangt de vereniging inkomsten uit contributies van de leden (€ 4.500 begroot voor 2009).
Verzoekster vraagt te beoordelen of zij zich houdt aan de CGR-regels. Met name vraagt zij of de door haar ontvangen sponsoring om de eigen activiteiten te financieren binnen de wetgeving valt. In dit verband heeft verzoekster een concept-overeenkomst meegezonden zoals die zal worden gebruikt wanneer met een bepaalde bedrijf sponsoring wordt overeengekomen.
2. De beoordeling:
Op grond van bovengenoemd artikel 59 van het Reglement kan iedere belanghebbende de Codecommissie verzoeken een advies te geven omtrent de verenigbaarheid van een eigen handelen of nalaten met de bepalingen van de Gedragscode of de geest of de strekking daarvan. Verzoekster kan naar het oordeel van de Codecommissie als belanghebbende worden aangemerkt, immers heeft zij er belang bij dat duidelijk is aan welke regels zij zich moet houden indien zij met een derde een sponsorovereenkomst wil aangaan.
Als sponsoring moet worden beschouwd – voor zover hier van belang – het door een vergunninghouder verlenen van o.a. financiële ondersteuning aan beroepsbeoefenaren of samenwerkingsverbanden van beroepsbeoefenaren. Daarvan is in dit geval sprake, zodat de door verzoekster omschreven bijdragen inderdaad moeten worden aangemerkt als sponsoring in de zin van de Gedragsregels sponsoring.
Sponsoring is blijkens die gedragsregels toegestaan indien aannemelijk wordt gemaakt dat aan de na te noemen drie voorwaarden is voldaan. De ondersteuning moet betrekking hebben op innovatieve en/of kwaliteitsverbeterende activiteiten, zij moet directe of indirecte verbetering van zorg aan patiënten of de bevordering van de medische wetenschap ten doel hebben en de betreffende activiteiten moeten niet of niet volledig op andere reguliere wijze worden gefinancierd.
De Codecommissie constateert dat de vereniging van verzoekster vrijwel geheel drijft op de sedert enkele jaren gangbare financiële ondersteuning door vergunninghouders onder wie A, B, C, D, E en F. Deze bedrijven hebben, in wisselende samenstelling, bijgedragen tot 85 à 90% van de inkomsten van verzoekster. Het uitvoeren van de activiteiten van de vereniging is dus alleen mogelijk dankzij de sponsoring. Uit de verscheidene ontvangen toelichtingen en bescheiden, in onderling verband bezien, is de Codecommissie duidelijk geworden dat deze activiteiten niet op andere wijze dan door sponsoring kunnen worden gefinancierd; immers, de uitgaven zijn te omvangrijk om door de contributies van enkele tientallen leden (natuurlijke personen, te weten neurologen) te kunnen worden gedekt, terwijl evenmin aannemelijk is dat andere “reguliere” vormen van financiering voorhanden zijn.
Gezegd kan worden dat de activiteiten van de vereniging kunnen leiden tot een kwalitatieve verbetering van de zorg aan patiënten, zulks in overeenstemming met de doelstellingen van de vereniging zoals hierboven kort weergegeven. Voorzien wordt in voorlichting aan patiënten over hoofdpijn en de behandeling daarvan, onder meer door middel van de website en een (voor bezoekers kosteloos) interactief online spreekuur. [De Z-artsen die het spreekuur verzorgen ontvangen hiervoor van de vereniging een vergoeding van € 75,– per spreekuur dat gemiddeld 1½ uur duurt]. Voorts vindt elke twee jaar een symposium plaats ten behoeve van de leden van de vereniging – zijnde allen Z-artsen – en van personen die in de Y-zorg werkzaam zijn. Dit symposium dient ter verbetering van kennis en vaardigheden van de deelnemers. Er wordt geen aanvullende financiële ondersteuning van bedrijven gevraagd voor deze symposia, waarvan de kosten derhalve worden bekostigd uit de algemene inkomsten met name bestaande uit de in dit advies aan de orde zijnde sponsoring.
Verzoekster heeft een concept voor een schriftelijke overeenkomst met sponsors overgelegd. Daarin zijn de te sponsoren activiteiten omschreven in die zin, dat daarin wordt verwezen naar doelstellingen en activiteiten van de vereniging en het streven naar verdere professionalisering van de vereniging en waarin voorts rechten en verplichtingen van partijen worden omschreven. De vereniging is niet verplicht tot naamsvermelding van sponsors of hun producten en heeft meegedeeld dat dit tot op heden ook op geen enkele wijze is gebeurd.
De conclusie van de Codecommissie is dat de voorgestelde wijze van sponsoring voldoet aan de vereisten van en krachtens de Gedragscode Geneesmiddelenreclame, zodat het advies positief kan zijn.
Tijdens de tweejaarlijkse symposia wordt ook gastvrijheid aan de deelnemers aangeboden in de vorm van een diner. Voor deelname aan een symposium wordt een eigen bijdrage van deelnemers gevraagd, aldus verzoekster. Het tekort wordt door het “eigen vermogen” van de vereniging gedekt. De Codecommissie is van oordeel dat het element van gastvrijheid in dit geval een zo ondergeschikte rol speelt in het geheel van de te sponsoren activiteiten – aard en beperkte omvang van de gastvrijheid in aanmerking nemende – , dat dit niet kan afdoen aan het algemene positieve oordeel dat in dit advies ter zake de sponsoring ligt besloten. Daarbij gaat de Codecommissie er uiteraard van uit dat de voor gastvrijheid gestelde regels, overeenkomstig de “Uitwerking Normen Gunstbetoon”, waar nodig steeds in acht worden genomen, bijvoorbeeld met betrekking tot de keuze van een passende locatie. Ook merkt de Codecommissie in dit verband op dat het onder omstandigheden noodzakelijk kan zijn voor die voorgenomen gastvrijheid afzonderlijk advies te vragen, bijvoorbeeld in geval van een buitenlandse locatie.
3. De kosten:
De Codecommissie bepaalt dat de aan deze adviesaanvraag verbonden kosten aan verzoekster separaat in rekening zullen worden gebracht.
Aldus gedaan te Gouda op 22 januari 2009 door mr. M. de Boer, voorzitter.
ID:
AA08.099
Onderwerp(en):
Samenkomsten in Nederland, Sponsoring
Type beoordeling:
Advies
Uitspraak:
Positief
Instantie:
Codecommissie
Datum uitspraak:
22-01-2009