Op 10 september 2009 is het volgende advies (A09.072) gegeven.

1. Het verzoek van X:

Bij patiënten met een intermediair risico op het bestaan van ziekte Y wordt het onderzoek naar de staat van Z thans veelal invasief uitgevoerd door methode A. Deze wijze van onderzoek brengt risico’s met zich mee. Door de komst van CT-scanners in ziekenhuizen ontstaat de mogelijkheid P-CT-scans uit te voeren. Met behulp van B worden Z op een non-invasieve wijze in beeld gebracht. Deze non-invasieve wijze van onderzoek geeft volgens X minder kans op complicaties en bovendien behoeft de patiënt – behoudens uitzondering – niet in het ziekenhuis te worden opgenomen, zoals wel het geval is bij methode A.
Naar verwachting van X zal het gebruik van deze innovatieve werkwijze tot verbetering van de zorg voor de betreffende patiënten leiden.
Om van deze apparatuur gebruik te kunnen maken dienen de P-artsen gecertificeerd te zijn.
Om certificatie te ontvangen dienen zij een zogenoemde Level A en een zogenoemde Level B cursus te hebben gevolgd.
Het R-Centre, onderdeel van S-University Medical Centre, hierna ook S, biedt voor elk van beide Levels een cursus aan. De Level A opleiding wordt gegeven op een dinsdag tot en met vrijdag in oktober 2009 gedurende drieëneenhalve dag, de opleiding voor Level B wordt aansluitend vanaf de daarop volgende maandag gegeven gedurende viereneenhalve dag.
Volgens X zijn dit momenteel de beste cursussen in Nederland.
De cursus voor Level A, waarvan het programma al volledig vaststaat, is geaccrediteerd.
Uit de door S verspreide informatie blijkt niet dat ook de Level B cursus, waarvan het programma ook nog niet beschikbaar is, is geaccrediteerd.
Uit de toelichting die S geeft op de Level A cursus blijkt dat deze is bestemd, onder anderen, voor P-artsen die geen ervaring hebben met de benutting van de beelden van de P-CT-scan.
De Level B cursus is, onder anderen, bestemd als vervolg cursus voor P-artsen die al ervaring hebben met de benutting van de P-CT-scan. Na voltooiing van de Level B cursus zijn zij in staat zelf P-CT-scans uit te voeren en een P-CT systeem in hun eigen instelling op te zetten.
Aan de beide opleidingen in Maastricht zijn kosten verbonden.
De opleiding voor Level A kost aan cursusgeld € 2400,00 bij tijdige inschrijving (€ 2700,00 bij late inschrijving), de cursusprijs voor Level B is € 2800,00 bij tijdige inschrijving (€ 3100,00 bij late inschrijving).
Indien voor beide cursussen wordt ingeschreven bedraagt de prijs € 4400,00.
De cursus voor elk van de beide Levels wordt gegeven in bibliotheek van de afdeling T van S. Per twee deelnemers is een werkstation beschikbaar. De deelnemers zullen aan de hand van vijftig beschikbare onderzoeken uit het verleden, waarvan de beelden en resultaten op de werkstations beschikbaar zijn, kennis maken met de techniek en de eisen, en ook zelf onderzoek uitvoeren. Ook is er een directe verbinding met artsen die gedurende de cursus elders in S live een CT-scan uitvoeren en de resultaten onderzoeken. De deelnemer kan tijdens dat onderzoek rechtstreeks contact opnemen met die artsen.
De deelnemers zullen voor verblijf in Maastricht ook nog kosten maken. Deze zullen voor overnachting en voeding € 175,00 per dag bedragen,
Bij deelname aan beide Levels zal dit neerkomen op € 1275,00 per deelnemer.
In de bekostiging van een scholing als deze wordt doorgaans door ziekenhuizen voor hun medewerkers voorzien op grond van de geldende arbeidsvoorwaarden. Veel P-artsen hebben echter geen arbeidsovereenkomst met hun ziekenhuis en moeten een opleiding als deze daarom zelf bekostigen.

X vraagt de Commissie haar te adviseren of zij P-artsen die deze opleiding willen gaan volgen en die de bekostiging daarvan voor eigen rekening moeten nemen financieel mag ondersteunen door een bijdrage te betalen ter dekking van (een deel van) de reis-, verblijf en/of cursuskosten.

2. De beoordeling door de Commissie:

De Gedragscode Geneesmiddelenreclame, hierna de Gedragscode, maakt – voor zover voor dit advies van belang -blijkens de Uitwerking Normen Gunstbetoon, hierna UNG, een strikt te hanteren onderscheid voor de toelaatbaarheid tussen het verlenen en genieten van gastvrijheid in het kader van samenkomsten en sponsoring. Eerst dient daarom te worden vastgesteld of de door X in overweging genomen financiële ondersteuning van cardiologen als hiervoor beschreven plaatsvindt in het kader van een samenkomst of moet worden beschouwd als een vorm van sponsoring.

Het verlenen van gastvrijheid in het kader van samenkomsten, waaronder blijkens de toelichting op de UNG worden verstaan congressen, symposia, cursussen en vergelijkbare bijeenkomsten van beroepsbeoefenaren, is binnen de in de UNG vastgestelde maatstaven toelaatbaar, ook indien een financiële bijdrage wordt gegeven aan een individuele beroepsbeoefenaar die aan een samenkomst als hier bedoeld deelneemt. Zie hiervoor toelichting UNG 7.1. jo 7.3.
Onder sponsoring verstaat de Gedragscode blijkens de Gedragsregels Sponsoring het door een vergunninghouder verlenen van financiële dan wel anderszins op geld waardeerbare ondersteuning, met of zonder tegenprestatie, aan beroepsbeoefenaren, samenwerkingsverbanden van beroepsbeoefenaren en/of instellingen waar beroepsbeoefenaren in participeren dan wel werkzaam zijn.

Op grond van de Gedragscode Sponsoring is het verstrekken van financiële of op geld waardeerbare ondersteuning aan individuele beroepsbeoefenaren niet toegestaan, behoudens een voor het thans uit te brengen advies niet relevante uitzondering.
De reikwijdte van de Gedragsregels Sponsoring strekt zich echter niet uit over sponsoring van gastvrijheid bij samenkomsten als bedoeld in artikel 12 van de Gedragscode.

Hoewel de door X overwogen financiële bijdrage aan P-artsen die de opleiding P- CT in Maastricht gaan volgen kenmerken heeft van een financiële bijdrage aan een individuele beroepsbeoefenaar – immers niet alle beroepsbeoefenaren die aan die cursussen deelnemen hebben behoefte aan een dergelijke bijdrage, omdat al in de bekostiging wordt voorzien door hun werkgever, terwijl ook niet kan worden uitgesloten dat in de bekostiging van de gezondheidszorg rekening wordt gehouden met de noodzaak voor beroepsbeoefenaren zich bij te scholen, zodat in de honorering van de zelfstandig werkende cardiologen daarvoor al in een bijdrage is voorzien -, kan worden vastgesteld dat de opleidingen in Maastricht worden gegeven in de vorm van een samenkomst van meerdere beroepsbeoefenaren, overigens niet alleen P-artsen, maar ook Q-artsen en “Residents”, zodat sprake is van een samenkomst als bedoeld in artikel 12 van Gedragscode jo artt. B. 4 tot en met B 10. Daarmee staat vast dat de Gedragsregels Sponsoring niet van toepassing zijn, zodat de adviesaanvraag van X zal worden getoetst aan de voorschriften die van toepassing zijn op het verlenen van gastvrijheid bij samenkomsten.

Ingevolge artikel 12 van de Gedragscode Geneesmiddelenreclame dragen vergunninghouders er zorg voor dat bij het verlenen van gastvrijheid aan beroepsbeoefenaren in het kader van samenkomsten de gastvrijheid binnen redelijke grenzen blijft en ondergeschikt is aan het met de samenkomst beoogde doel. In de UNG artikelen 12 en 13, 16 t/m 22 wordt hierbij een onderscheid gemaakt tussen wetenschappelijke bijeenkomsten en overige bijeenkomsten.

Aangezien de bijeenkomst voor Level A is geaccrediteerd met 25 punten staat het wetenschappelijk karakter voor de beoordeling van het aangeboden gunstbetoon voor deze cursus vast.
Hoewel voor Level B nog geen gegevens door X zijn verstrekt over accreditatie en er nog geen volledig uitgewerkt programma beschikbaar is, is er gelet op de doelstelling van die cursus en de organisatie ervan door een van de farmaceutische industrie onafhankelijke instantie geen grond om aan te nemen dat het wetenschappelijk karakter daaraan zou ontbreken. Voor beide onderdelen gaat de Commissie daarom ervan uit dat het om wetenschappelijke bijeenkomsten gaat als bedoeld in artikel 7 van de UNG.
X heeft aangegeven maximaal 50% van de reis-, verblijf en deelnamekosten bij te zullen dragen per deelnemer. Deze gastvrijheid valt binnen de normen van de Gedragscode, zoals vastgesteld in de Uitwerking Normen Gunstbetoon onder artikel 8.c.ii.
De slotsom is dat positief kan worden geadviseerd.

3. De kosten:

De Codecommissie bepaalt dat de aan deze adviesaanvraag verbonden kosten aan verzoekster separaat in rekening zullen worden gebracht.
Aldus gedaan te Gouda op 10 september 2009 door mr. J.A.J. Peeters, voorzitter.