AA25.008 Geschenk

ADVIES (AA25.008) van de CGR op het verzoek van [X] op 14 augustus 2025 uit hoofde van artikel 2.5.1 van het Reglement Naleving geneesmiddelenreclame, uitgebracht door de Keuringsraad.

1. Het verzoek

[X] is een vergunninghouder in de zin van artikel 3.1 onder h. van de Gedragscode Geneesmiddelenreclame. Zij is voornemens [artsen Y] een [product Z] aan te bieden, als onderdeel van een duurzaamheidsprogramma van het bedrijf in de [zorg A]. Het betreft een [product Z]. De inkoopwaarde is € 9,99 incl. BTW. Het doel is om de [artsen Y] te ondersteunen bij [verrichtingen B en C]. Het [product Z] is voorzien van het logo van [X] en de campagnebranding ‘[D]’.

Deze branding moet direct duidelijk maken dat het product onderdeel is van een gerichte bewustwordings- en duurzaamheidsactie. Het [product Z] is een direct inzetbaar diagnostisch hulpmiddel, waarmee [artsen Y] snel en nauwkeurig [verrichtingen B en C] kunnen uitvoeren.
Doordat het oplaadbaar is en vaker over voldoende stroom beschikt, verliezen [artsen Y] minder tijd aan het vervangen van lege of zwakke wegwerp[producten Z]. Hierdoor verlopen onderzoeken vaker ononderbroken en efficiënter.

De bedoeling is dat dit bijdraagt aan de kwaliteit van de patiëntenzorg. Dit initiatief zal deel uitmaken van het bredere MVO- en duurzaamheidsprogramma van [X], gericht op het reduceren van afvalstromen/CO2 uitstoot in de [zorg A].
Momenteel worden veel wegwerp-[producten Z] gebruikt, die bijdragen aan de afvalproductie. Het oplaadbare alternatief:
• Vermindert afval aanzienlijk
• Verlaagt de milieu-impact van de [praktijk D] • Sluit aan bij landelijke duurzaamheidsdoelstellingen in de zorg

[Artsen Y] kunnen het hulpmiddel zelf aanvragen via het digitale aanvraagportaal (onderdeel van [initiatief E]) van het bedrijf. Alle verstrekkingen worden vastgelegd in het interne CRM-systeem, inclusief gegevens van de ontvanger en datum.

[X] verzoekt een oordeel van de CGR of het initiatief in overeenstemming is met de CGR Gedragscode.

2. Het oordeel van de CGR

Getoetst dient te worden of het beoogde geschenk op grond van artikel 6.2.2 van de Gedragscode is uitgezonderd op het verbod op het aanbieden of in het vooruitzicht stellen van geschenken zoals geformuleerd in artikel 6.2.1 onder a. van de Gedragscode.

Voorwaarden daarvoor zijn, dat het geschenk van geringe waarde is en tevens van betekenis voor de uitoefening van de praktijk van de beroepsbeoefenaar. Aangenomen wordt dat een geschenk van geringe waarde is wanneer de waarde niet meer bedraagt dan € 50,- per keer (winkelwaarde inclusief BTW), met een maximum van € 150,- per jaar.

In de toelichting bij artikel 6.2.2 van de Gedragscode wordt een aantal handvatten aangereikt om invulling te geven aan het begrip “van betekenis voor de uitoefening van de praktijk van de beroepsbeoefenaar”. Het geschenk moet daadwerkelijk van betekenis kunnen zijn voor de uitoefening van het beroep van de ontvanger, wat betekent dat geschenken niet alleen in de privésfeer te gebruiken mogen zijn. Het geschenk moet relevantie hebben met de gewone loop der dingen in de uitoefening van het beroep van de ontvanger. Het moet passen in de praktijk van de ontvanger en daar een functie in kunnen hebben. In navolging van de EFPIA-Gedragscode kan daaruit worden afgeleid dat de volgende geschenken van geringe waarde toelaatbaar zijn:

a. Materialen met een informatief of educatief karakter voor zover deze direct relevant zijn voor de beroepsuitoefening van de beroepsbeoefenaar en direct de zorg aan patiënten ten goede komen, en

b. Producten die in de medische praktijk kunnen worden toegepast, direct gericht op de educatie van beroepsbeoefenaren en de zorg aan patiënten, mits daarmee niet routine praktijkuitgaven van de ontvangende beroepsbeoefenaar worden gecompenseerd.

Aan de eerste voorwaarde wordt voldaan, nu het beoogde geschenk een winkelwaarde vertegenwoordigt van € 9,99 inclusief BTW.

Voor toetsing aan de tweede voorwaarde dient beoordeeld te worden of het [product Z] daadwerkelijk van betekenis kan zijn voor de uitoefening van het beroep van de ontvanger, wat betekent dat het [product Z] niet alleen in de privésfeer te gebruiken mag zijn en moet kunnen worden aangemerkt als een geschenk zoals bedoeld onder bovengenoemde type geschenken a of b. Voor de beoordeling hiervan zijn van belang de doelgroep en de rol van het [product Z] in de praktijk. Het [product Z] is bedoeld voor [artsen Y]. [Artsen Y] zullen voor hun praktijk al een [product Z] tot hun beschikking hebben, echter niet noodzakelijkerwijs in de vorm zoals die wordt aangeboden door [X]. De toegevoegde waarde is dat het geschenk oplaadbaar is en daardoor minder bijdraagt aan de afvalproductie dan als deze niet oplaadbaar was.

Daarvan uitgaande kan het worden aangemerkt als een materiaal met een duurzaam karakter dat relevant is voor de beroepsuitoefening van de beroepsbeoefenaar en tevens de zorg aan zijn of haar patiënten ten goede komt.

De Gedragscode stelt geen nadere specifieke voorwaarden aan de wijze waarop een geschenk aan de beroepsbeoefenaar wordt aangeboden, zodat het aanbieden in de vorm van het door verzoekster beschreven ‘aanvraagitem’ geoorloofd is, mits uiteraard aan de overige bepalingen van de Gedragscode wordt voldaan.

Gezien het bovenstaande is het oordeel van de CGR ten aanzien van het verzoek positief.

3. De kosten

De aan deze adviesaanvraag verbonden kosten zullen separaat aan [X] in rekening worden gebracht.

ID:

AA25.008

Onderwerp(en):

Geschenken

Type beoordeling:

Advies

Uitspraak:

Positief

Instantie:

Keuringsraad

Datum uitspraak:

29-09-2025

Print deze uitspraak