Financiele relaties anders dan gunstbetoon
6.5.1
De volgende financiële relaties van een vergunninghouder vallen in ieder geval buiten het begrip gunstbetoon ex artikel 3.1 onderdeel j:
a. Relaties met anderen dan beroepsbeoefenaren als bepaald in artikel 6.5.2;
b. Sponsoring van projecten als bepaald in artikel 6.5.3;
c. Het (mede) mogelijk maken van wetenschappelijke prijzen als bepaald in artikel 6.5.4.
 
Relaties met niet-beroepsbeoefenaren
6.5.2 Indien wordt voldaan aan elk van de volgende voorwaarden, wordt vermoed dat een financiële relatie van een vergunninghouder met anderen dan beroepsbeoefenaren valt onder artikel 6.5.1 onder a:
a. de relatie dient een gezondheidsbelang of behoort anderszins tot het normale rechtsverkeer;
b. de relatie leidt er niet toe dat de begunstigde direct of indirect wordt beïnvloed om het voorschrijven, ter hand stellen of (eerder, huidig of potentieel toekomstig) gebruik van geneesmiddelen van de vergunninghouder te bevorderen;
c. de aard en inhoud van de relatie gaan niet verder dan noodzakelijk om het onder a. beoogde doel te bereiken;
d. de relatie vindt op integere, eerlijke en transparante wijze plaats, waarbij de aard (c.q. de uitvoering), het doel en de omvang van de financiële relatie vooraf schriftelijk in een overeenkomst worden vastgelegd;
e. de relatie leidt niet tot aantasting van de onafhankelijkheid, betrouwbaarheid en geloofwaardigheid van de begunstigde, noch van andere betrokken partijen en van de sector; en
f. de hoogte van de (op geld waardeerbare) vergoeding van de relatie blijft beperkt tot hetgeen strikt noodzakelijk is en gaat niet verder dan hetgeen geldt voor vergelijkbare financiële relaties met beroepsbeoefenaren uit hoofde van paragrafen 6.2, 6.3 en 6.4.
 
Sponsoring
6.5.3
Indien wordt voldaan aan elk van de volgende voorwaarden, wordt vermoed dat sponsoring van een project door een vergunninghouder valt onder artikel 6.5.1 onder b:
a. de sponsoring heeft betrekking op innovatieve en/of kwaliteitsverbeterende activiteiten;
b. de sponsoring heeft de directe of indirecte verbetering van zorg aan patiënten of de bevordering van de medische wetenschap tot doel;
c. de sponsoring wordt in beginsel verstrekt aan rechtspersonen waarbij zowel beroepsbeoefenaren als anderen betrokken kunnen zijn;
d. de sponsoring verplicht op generlei wijze het voorschrijven, ter hand stellen of (eerder, huidig of potentieel toekomstig) gebruik van geneesmiddelen van de vergunninghouder;
e. de aard en inhoud van de relatie gaan niet verder dan noodzakelijk om het onder b. beoogde doel te bereiken en financiert geen kosten die op andere reguliere wijze aan de begunstigde (kunnen) worden vergoed;
f. de sponsoring vindt op integere, eerlijke en transparante wijze plaats, waarbij de aard, het doel en de omvang vooraf schriftelijk in een overeenkomst worden vastgelegd;
g. de sponsoring mag geen prestatieplicht van de begunstigde vereisen, met uitzondering van naamsvermelding van de vergunninghouder;
h. de sponsoring mag niet leiden tot aantasting van de onafhankelijkheid, betrouwbaarheid en geloofwaardigheid van de begunstigde noch van andere betrokken partijen en van de sector.
 
Deze Gedragscode is niet van toepassing op sponsoring van wetenschappelijk onderzoek dat valt onder de reikwijdte van de Wet medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen (WMO) of het Normenkader niet-WMO-plichtig onderzoek, zoals deze voor de Nederlandse situatie gelden. De WMO en het Normenkader niet-WMO-plichtig onderzoek hebben onder meer betrekking op de wetenschappelijke deugdelijkheid van het onderzoek, een positief oordeel van een erkende medisch-ethische toetsingscommissie, regels betreffende de bescherming van de betrokken persoon (toestemming, privacy) en de redelijkheid van de betaalde vergoedingen.
 
Sponsoring van een bijeenkomst of manifestatie wordt beoordeeld onder artikel 6.4.4.
.
Wetenschappelijke prijzen
6.5.4

Onder een wetenschappelijke prijs wordt verstaan het toekennen van geld of op geld waardeerbare goederen of diensten voor een zorgverbeterende en/of medisch-wetenschappelijke prestatie waarmee de begunstigde zich heeft onderscheiden van andere gegadigden. Indien wordt voldaan aan elk van de volgende voorwaarden, wordt vermoed dat de bijdrage aan een wetenschappelijke prijs valt onder artikel 6.5.1 onder c:
a. de zorgverbeterende en/of medisch-wetenschappelijke prestatie wordt beoordeeld door een onafhankelijke deskundige jury;
b. de onafhankelijkheid van de wetenschappelijke prijs in relatie tot de vergunninghouder die de wetenschappelijke prijs (mede) mogelijk maakt, is gewaarborgd;
c. de bijdrage van de vergunninghouder vindt op integere, eerlijke en transparante wijze plaats en wordt vooraf schriftelijk vastgelegd;
d. de bijdrage van de vergunninghouder leidt niet tot aantasting van de betrouwbaarheid en geloofwaardigheid van de betrokken partijen en van de sector;
e. de bijdrage van de vergunninghouder leidt niet tot beïnvloeding van het voorschrijven, ter hand stellen of gebruiken van geneesmiddelen of anderszins tot het zich onoorbaar jegens elkaar verplicht voelen;
 de omvang van het geld of de op geld waardeerbare goederen of diensten staat in redelijke verhouding tot het doel van de wetenschappelijke prijs.