Artikel 7.1.3 legt het beginsel van de transparantie vast: voor de bezoeker van een bijeenkomst en voor lezers van onderzoeksartikelen moet vooraf duidelijk zijn welke banden de sprekers respectievelijk auteurs met vergunninghouders hebben. Dat vereist medewerking van de betrokken beroepsbeoefenaren. De organisator van bijeenkomsten en uitgevers van artikelen zullen uit moeten gaan van de opgave door de beroepsbeoefenaar van zijn banden met de industrie. In dat kader mag van de beroepsbeoefenaar worden verwacht dat hij aangeeft voor welke vergunninghouders hij de laatste vier jaar werkzaamheden heeft verricht als adviseur onderzoeker of anderszins. Deze termijn sluit aan bij de openbaarmaking van financiële relaties in het Transparantieregister Zorg (bewaartermijn van 3 jaar voorafgaand aan het lopende jaar).
In aansluiting op de Beleidsregels gunstbetoon Geneesmiddelenwet is per 23 januari 2012 toegevoegd dat beroepsbeoefenaren ook de banden met anderen dan vergunninghouders bekend maken. Dit sluit aan bij het uitgangspunt dat gunstbetoon verder reikt dan enkel de banden tussen beroepsbeoefenaren en vergunninghouders. Dit sluit ook aan bij de Code ter voorkoming van oneigenlijke beïnvloeding door belangenverstrengeling1 die zich ook verder uitstrekt dan de belangen met de farmaceutische bedrijfstak.
Voor de wijze van openbaarmaking van belangen wordt verwezen naar het format van de disclosure slide voor sprekers op nascholingsbijeenkomsten (bijlage 1 van deze Toelichting).
|